top of page

Israël voor een tijd en een reden

We leven in een tijd waarin Israël weer een land is. Daar kun je als christen of als mens in de wereld zo aan voorbij gaan maar het is voor God heel erg belangrijk. Waarom Israël en waarom is het zo belangrijk? Ik wil hier wat dieper op ingaan, ook op de vervangingstheologie in deze post. Hij is wat langer dan normaal maar ik denk wel goed om hierbij stil te staan. Deze post is deels vanuit eigen studie en van diverse preken die ik heb geluisterd van verschillende voorgangers of bijbelleraren. 


Wil je zelf zoeken naar waardevolle informatie op YouTube bijvoorbeeld? Zoek dan naar Berry Stagner of Amir Tsarfati. Wil je nieuws over Israël? Download dan Telegram en zoek naar beholdisraelchannel en je vindt Amir Tsarfati. Je krijgt dan actueel nieuws over het Midden-Oosten die je niet vindt op de reguliere nieuwskanalen. 


Israël bestond in het begin van de Bijbel niet. God schiep de hemel en de aarde en de mens Adam en Maninne. Later nadat zij de belofte kreeg van het zaad, de Here Jezus, dat de slang de kop zou vermorzelen werd zij Eva genoemd. Eva betekent de moeder van alle levenden. In de Here Jezus vind je de waarheid, het licht en het leven. Hij is de vervulling van die belofte door God gegeven na de zondeval. Na de zondeval was de geschapen aarde niet meer perfect. Sterker nog het werd van kwaad tot erger. 


Toen de Here zag, dat de boosheid des mensen groot was op de aarde en al wat de overleggingen van zijn hart voortbrachten te allen tijde slechts boos was, berouwde het de Here, dat Hij de mens op de aarde gemaakt had, en het smartte Hem in zijn hart. En de Here zeide: Ik zal de mensen, die Ik geschapen heb, van de aardbodem uitroeien, de mensen zowel als het vee en het kruipend gedierte en het gevogelte des hemels, want het berouwt Mij, dat Ik hen gemaakt heb. Maar Noach vond genade in de ogen des Heren. Genesis 6:5‭-‬8 NBG51

Als je dit stukje uit Genesis goed leest dan zie je dat de overleggingen van de harten van de mensen ten alle tijde slechts boos was. En het smartte Hem in Zijn hart. Zie je dat je de Heilige Geest kan bedroeven als je niet doet wat God zegt? Je brengt ongerechtigheid voort en geen gerechtigheid. Maar gelukkig was daar Noach. Nog steeds geen Israël als volk en als land. Na de zondvloed kreeg de mens een prachtige belofte en als de regen en de zon schijnt zien we nog altijd het teken van die belofte. 


Maar de zonde was niet weg. Nog steeds waren er slechte mensen en werd er afgoderij bedreven. Kijk maar eens in Genesis 9 met de zonen van Noach, Cham en zijn zoon Kanaän bedreven een verschrikkelijke zonde dat Kanaän vervloekt werd. En toch ging God verder met Zijn werk. 


De Here nu zeide tot Abram: Ga uit uw land en uit uw maagschap en uit uws vaders huis naar het land, dat Ik u wijzen zal; Ik zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam groot maken, en gij zult tot een zegen zijn. Ik zal zegenen wie u zegenen, en wie u vervloekt zal Ik vervloeken, en met u zullen alle geslachten des aardbodems gezegend worden. Toen ging Abram, zoals de Here tot hem gesproken had, en Lot ging met hem; en Abram was vijfenzeventig jaar oud, toen hij uit Haran trok. Genesis 12:1‭-‬4 NBG51

En daar ging Abram. Hij werd tot een groot volk. Abram kreeg een zoon Ismaël en Izak. Ismaël was uit het vlees, de mens en Izak was naar de belofte. 


Verder zeide God tot Abraham: Wat uw vrouw Sarai betreft, gij zult haar niet Sarai noemen, maar Sara zal haar naam zijn. En Ik zal haar zegenen, en ook zal Ik u uit haar een zoon schenken, ja, Ik zal haar zegenen, zodat zij tot volken worden zal; koningen van volken zullen uit haar voortkomen. Toen wierp Abraham zich op zijn aangezicht, lachte en zeide bij zichzelf: Zal dan aan een honderdjarige een kind geboren worden, en zal Sara, een negentigjarige, baren? En Abraham zeide tot God: Och, mocht Ismaël voor uw aangezicht leven! Maar God zeide: Neen, maar uw vrouw Sara zal u een zoon baren, en gij zult hem Isaak noemen, en Ik zal mijn verbond met hem oprichten tot een eeuwig verbond, voor zijn nageslacht. En wat Ismaël betreft, Ik heb u verhoord; zie, Ik zal hem zegenen, hem vruchtbaar doen zijn en uitermate talrijk maken; twaalf vorsten zal hij verwekken, en Ik zal hem tot een groot volk stellen. Maar mijn verbond zal Ik oprichten met Isaak, die Sara u op deze zelfde tijd in het volgend jaar baren zal. Toen God geëindigd had met hem te spreken, voer Hij van Abraham op. Genesis 17:15‭-‬22 NBG51

Abraham stelde voor dat Ismaël de belofte zou krijgen het duurde immers al jaren en Sara en Abraham waren oud. Maar als God zegt dat het zo is, dan is het zo. Stel je eens voor als het Ismael wel was geworden dan had de geschiedenis en deze wereld er heel anders uitgezien. Wij mensen willen God vaak een handje helpen maar Gods Wil is soeverein en juist. Gelukkig maar. Corrie ten Boom zei in 1 van haar preken. We zullen God straks dankbaarder zijn voor onze onverhoorde gebeden dan voor onze verhoorde gebeden. 


En Sara zeide: God heeft gemaakt, dat ik lach; ieder die het hoort, zal om mijnentwil lachen. En zij zeide: Wie had aan Abraham durven toezeggen: Sara zoogt kinderen? Want ik heb een zoon gebaard in zijn ouderdom. En het kind groeide op en werd gespeend, en Abraham richtte een grote maaltijd aan op de dag dat Isaak gespeend werd. Toen zag Sara, dat de zoon van Hagar, de Egyptische, die zij Abraham gebaard had, spotte, en zij zeide tot Abraham: Jaag die slavin met haar zoon weg, want de zoon van deze slavin zal niet erven met mijn zoon, met Isaak. Dit nu mishaagde Abraham zeer ter wille van zijn zoon. Maar God zeide tot Abraham: Laat dit niet kwaad zijn in uw ogen, om de jongen en om uw slavin; in alles wat Sara tot u zegt, moet gij naar haar luisteren, want door Isaak zal men van uw nageslacht spreken. Maar ook de zoon der slavin zal Ik tot een volk stellen, omdat hij uw nakomeling is. Genesis 21:6‭-‬13 NBG51

Ismael begon te spotten met Izak. Er was niets aan de hand totdat Izak geboren werd. En toen kwam daar de scheiding. De kinderen van de belofte worden apart gezet en worden bespot. Geen wonder dat de Here Jezus zei, de belofte, dat wij verdrukkingen en lijden in deze wereld zouden krijgen. Als je dat nooit hebt vraag jezelf dan af of je geen vriend van de wereld bent? Een vriend van God is een vijand van de wereld. Wij worden dwaas genoemd maar wat voor de wereld dwaas is, is wijs in de ogen van God omdat wat uit Hem is, wijs is. 


Nu is hier het begin van Israël. Let eens op wat er gebeurde in mei 1948. Daar was die staat Israël door David Ben Goerion uitgeroepen. En prompt kwamen daar de vijanden met al hun legers de nieuw geboren staat vernietigen. Alle Joden de zee indrijven, dat was het doel. En daar werd geen onderscheid gemaakt tussen man, vrouw of kind. Een leger met tanks artillerie, vliegtuigen en getraind en wel. Dat tegenover een volk waarvan 6 miljoen waren afgeslacht. Een volk zonder enige leger ervaring, vrijwel geen tanks, geen vliegtuigen behalve 1. En toch Israël bleef bestaan en de Joden werden niet in de zee gedreven. 


Het is begonnen bij Abraham en uit hem kwam Izak en later Jakob die Israël genoemd werd. Toch bleven deze als vreemden in het land. Het was pas bij Mozes dat God hen deed terugkeren en zei dat ze het land in bezit zouden nemen. 


Doch ook het volk, dat zij zullen dienen, zal Ik richten, en daarna zullen zij met grote have uittrekken. Maar gij zult in vrede tot uw vaderen gaan; gij zult in hoge ouderdom begraven worden. Het vierde geslacht echter zal hierheen wederkeren, want eerder is de maat van de ongerechtigheid der Amorieten niet vol. Genesis 15:14‭-‬16 NBG51

Mozes leidde het volk en God deed wonderen en tekenen en het volk kwam bij de berg aan. Nu je dit leest denk je misschien waarom? Het antwoord vinden we in Exodus. 


Toen klom Mozes op tot God, en de Here riep tot hem van de berg, en zeide: Zó zult gij zeggen tot het huis van Jakob en meedelen aan de Israëlieten: gij hebt gezien, wat Ik de Egyptenaren heb aangedaan, en dat Ik u op arendsvleugelen gedragen en tot Mij gebracht heb. Nu dan, indien gij aandachtig naar Mij luistert en mijn verbond bewaart, dan zult gij uit alle volken Mij ten eigendom zijn, want de ganse aarde behoort Mij. En gij zult Mij een koninkrijk van priesters zijn en een heilig volk. Dit zijn de woorden die gij tot de Israëlieten spreken zult. Exodus 19:3‭-‬6 NBG51

Het volk Israël zou een heilig volk zijn te midden van een zondige wereld. Een natie van priesters, alle stammen. Bedenk dat in deze tijd de Here Jezus nog niet als mens gekomen was om de verlossing te brengen. Mensen leefde in duisternis. Hoe moesten zij God kennen als niemand over Hem kon vertellen? Daarom moest er een volk zijn dat anders was dan de rest. Er werd bij Israël 1 God gediend en die kon je ook nog eens niet zien. Alle andere goden hadden beelden en konden aanbeden worden door voor een beeld te buigen of reukwerk voor te brengen. Bij God is dat heel anders. Ook in het nieuwe testament lezen we over een volk van priesters. 


Gij echter zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilige natie, een volk (Gode) ten eigendom, om de grote daden te verkondigen van Hem, die u uit de duisternis geroepen heeft tot zijn wonderbaar licht: u, eens niet zijn volk, nu echter Gods volk, eens zonder ontferming, nu in zijn ontferming aangenomen. 1 Petrus 2:9‭-‬10 NBG51

Moet je is kijken wat een belofte. Wat heeft Jezus allemaal wel niet gedaan, Hij heeft dit mogelijk gemaakt dat in Zijn Naam wij verlossing zouden hebben van de zonde en nog meer. Wij worden opgeleid tot een heilige natie. We zijn niet meer van onszelf we zijn gekocht en betaald. 


Nu zou je kunnen zeggen dat als je de brief van de Jood Petrus leest, hij was geen katholiek, dat Israël heeft afgedaan en dat de belofte is gekomen over de heidenen. Of dat Israël pas deel krijgt aan deze belofte in Jezus. Dat laatste is waar. In Christus wordt de bedekking weggenomen en door je te bekeren tot Jezus wordt je wederom geboren en kun je het koninkrijk Gods binnengaan. Geen eigen gerechtigheid meer maar Gods gerechtigheid. 


Jezus antwoordde en zei tegen hem: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als iemand niet opnieuw geboren wordt, kan hij het Koninkrijk van God niet zien. Johannes 3:3 HSV

Maar God heeft wel een plan met Israël als natie en als volk. Dat staat in het Oude en het Nieuwe Testament. Het feit dat ze niet allen geloofden in Jezus als hun Messias was voor God niet de reden om ze niet van alle uithoeken te halen en naar het land Israël te brengen. Het feit dat Israël de oorlog in 1948 niet verloor is een wonder. Israël had niet eens een volledig getraind leger zoals nu. Mensen kwamen net uit de concentratiekampen of de kampen van de Britten die Joden tegen hielden om naar Israël te gaan. Ze stonden tegenover legers met tanks, getrainde soldaten, vliegtuigen en artillerie. 


Als God iets belooft dan doet Hij dat. Hij houdt zich aan Zijn belofte om de eer van Zijn Naam. 


En spreek tot hen: Zo zegt de Heere HEERE: Zie, Ik ga de Israëlieten nemen uit de heidenvolken waarheen zij gegaan zijn. Ik zal hen van rondom bijeenbrengen en hen naar hun land brengen. Ik zal hen tot één volk maken in het land, op de bergen van Israël. Zij zullen allen één Koning als koning hebben. Zij zullen niet langer als twee volken zijn, en niet langer nog in twee koninkrijken verdeeld zijn. Dan zullen zij zich niet meer verontreinigen met hun stinkgoden en met hun afschuwelijke afgoden en met al hun overtredingen. Ik zal hen verlossen in al hun woongebieden, waar zij gezondigd hebben, en Ik zal hen reinigen. Dan zullen zij een volk voor Mij zijn en Ík zal een God voor hen zijn. En Mijn Knecht David zal Koning over hen zijn. Voor hen allen zal er één Herder zijn. Zij zullen in Mijn bepalingen wandelen en Mijn verordeningen in acht nemen en die houden. Zij zullen wonen in het land dat Ik aan Mijn knecht, aan Jakob, gegeven heb, waarin uw vaderen gewoond hebben. Zij zullen daarin wonen, zij met hun kinderen en hun kleinkinderen, tot in eeuwigheid, en Mijn Knecht David zal tot in eeuwigheid hun Vorst zijn. Ezechiël 37:21‭-‬25 HSV

Ze zullen één Koning als koning hebben daar ga ik later wat meer op in wie die Koning is en waarom. God had Israël dus als natie apart gezet. Jezus stuurde Hij naar Zijn volk om hen de weg tot de Vader te laten zien. Johannes was de Elia die komen zou om de harten voor te bereiden voor de komst van de Messias. Die Messias hebben ze niet allemaal verworpen. De oversten en farizeeën wel maar ook zij niet allemaal. Paulus schrijft uitgebreid over Israël en hoe het nu is met dit land na de komst en opstanding van Jezus. 


Ik spreek de waarheid in Christus, ik lieg niet en mijn geweten getuigt mee door de Heilige Geest, dat het een grote bron van droefheid voor mij is, en een voortdurende smart voor mijn hart. Want ik zou zelf wel wensen vervloekt te zijn, weg van Christus, ten gunste van mijn broeders, mijn verwanten wat het vlees betreft. Zij zijn immers Israëlieten; voor hen geldt de aanneming tot kinderen en de heerlijkheid en de verbonden en de wetgeving en de eredienst en de beloften. Tot hen behoren de vaderen, en uit hen is, wat het vlees betreft, de Christus voortgekomen, Die God is, boven alles, te prijzen tot in eeuwigheid. Amen! Romeinen 9:1‭-‬5 HSV

Kijk eens wat Paulus hier schrijft. Zelf verbannen te willen zijn van Christus ten gunste van zijn broeders, zijn verwanten. Paulus die alles schade achtte om Christus te winnen wilde verbannen zijn van Hem. Waarom? Om enigen uit hen te winnen. Jezus was een Jood en daarom staat er in Romeinen 9 wat het vlees betreft. God wilde de Israëlieten tot Zijn kinderen aannemen in het Oude en het Nieuwe Testament. God sloot in de 1e plaats het verbond met Zijn volk in het Oude Testament, dat hebben we gelezen eerder in deze post. En God stuurde Zijn Zoon naar de wereld, eerst voor de Jood en daarna de Griek (heiden). 


Ik zeg dit niet alsof het Woord van God vervallen is, want niet allen die uit Israël voortgekomen zijn, zijn Israël. Ook niet omdat zij Abrahams nageslacht zijn, zijn zij allen kinderen. Maar: Alleen dat van Izak zal uw nageslacht genoemd worden. Dat is: niet de kinderen van het vlees zijn kinderen van God, maar de kinderen van de belofte worden als nageslacht gerekend. Romeinen 9:6‭-‬8 HSV

De Joden zeiden tegen Jezus in Johannes 8 vanaf vers 30 dat zij Abrahams nageslacht waren en dat Abraham hun vader was. Ze gingen daar dus prat op maar zo werkt het in Gods ogen niet. Johannes de doper zegt dit ook.


Breng dan vruchten voort in overeenstemming met de bekering, en denk niet dat u bij uzelf kunt zeggen: Wij hebben Abraham als vader; want ik zeg u dat God zelfs uit deze stenen voor Abraham kinderen kan verwekken. De bijl ligt zelfs al aan de wortel van de bomen; elke boom dan die geen goede vrucht voortbrengt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen. Mattheüs 3:8‭-‬10 HSV

Geen religie. Je komt niet in het koninkrijk door in je zonde te blijven en dan te zeggen ik ben nageslacht van Abraham. Zo werkt het niet. Er is maar 1 weg tot de Vader en dat is door het geloof in de Zoon van God, Jezus. Als je in Hem gelooft ben je een kind van de belofte. 


Wij nu, broeders, zijn kinderen van de belofte, net zoals Izak. Maar zoals destijds hij die naar het vlees geboren was, hem vervolgde die naar de Geest geboren was, zo is het ook nu. Wat zegt de Schrift echter? Jaag de slavin en haar zoon weg, want de zoon van de slavin zal beslist niet erven met de zoon van de vrije. Daarom, broeders, wij zijn geen kinderen van de slavin, maar van de vrije. Galaten 4:28‭-‬31 HSV

Wij die geloven, Jood en Griek zijn geënt op de olijfboom. Er staat in Galaten dat hij die naar het vlees is geboren hem die naar de Geest geboren was vervolgen zou. Je kunt dit lezen in Genesis 21:9 dat Ismaël dit deed met Izak. Dus geloven in Jezus maakt je een kind van de belofte. Maar nogmaals God heeft een toekomst voor Zijn volk en Zijn land, Israël, de natie zelf. 


Zoals Hij ook in Hosea zegt: Ik zal Niet-Mijn-volk noemen: Mijn volk, en de Niet-geliefde: Geliefde. En het zal zijn dat op de plaats waar tegen hen gezegd was: U bent Niet-Mijn-volk, daar zullen zij kinderen van de levende God genoemd worden. En Jesaja roept over Israël uit: Al zou het getal van de Israëlieten zijn als het zand van de zee, slechts het overblijfsel zal behouden worden. Want Hij voltooit een zaak en handelt die af in gerechtigheid. De Heere immers zal metterdaad Zijn zaak snel afhandelen op de aarde. En zoals Jesaja van tevoren gezegd heeft: Als de Heere van de legermachten ons geen nageslacht had overgelaten, zouden wij als Sodom zijn geworden en aan Gomorra gelijkgemaakt zijn geweest. Romeinen 9:25‭-‬29 HSV

Wij waren de niet geliefden en Hij heeft zich ook over ons ontfermt. Er staat dat slechts het overblijfsel behouden zal worden terwijl in Romeinen ook staat dat gans Israël behouden zal worden. Hoe zit dit? Israël zal gaan door een tijd van enorme benauwdheid. Dat staat in Daniël. Daar staat niet benauwdheid van de Griek en de Jood maar van Jakobs benauwdheid. Deze benauwdheid zal eenmalig plaatsvinden en het zal maar 1 keer gebeuren. Het zal nooit meer gebeuren slechts 1 keer. Dit is niet de verschrikkelijke tijd van de Tweede Wereldoorlog. Hoe verschrikkelijk ook maar dit is nog niet die benauwdheid waar Daniël het over heeft in het boek Daniël. 


Er blijft 1 derde deel over van Israël in die grote verdrukking en dat zal gans Israël zijn wat behouden zal worden. 


Zwaard, waak op tegen mijn herder, tegen de man die mijn metgezel is, luidt het woord van de Here der heerscharen; sla die herder, zodat de schapen verstrooid worden; en Ik zal mijn hand keren tegen de kleinen. In het gehele land, luidt het woord des Heren, zullen twee derden uitgeroeid worden en de geest geven, maar een derde zal daarin overblijven. Dat derde deel zal Ik in het vuur brengen, en Ik zal hen smelten, zoals men zilver smelt, ja hen louteren, zoals men goud loutert. Zij zullen mijn naam aanroepen en Ik zal hen verhoren. Ik zeg: Dat is mijn volk; en zij zullen zeggen: De Here is mijn God. Zacharia 13:7‭-‬9 NBG51

Ik zal over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem uitgieten de Geest der genade en der gebeden; zij zullen hem aanschouwen, die zij doorstoken hebben, en over hem een rouwklacht aanheffen als de rouwklacht over een enig kind, ja, zij zullen over hem bitter leed dragen als het leed om een eerstgeborene. Zacharia 12:10 NBG51

Want Ik zeg u, gij zult Mij van nu aan niet meer zien, totdat gij zegt: Gezegend Hij, die komt in de naam des Heren! Matteüs 23:39 NBG51

Waarom moet dit dan allemaal gebeuren? Wat is hier de reden van? Het antwoord vinden we in het vervolg van de Romeinen brief. 


Wat zullen wij dan zeggen? Dit: heidenen, die geen gerechtigheid najaagden, hebben gerechtigheid verkregen, namelijk gerechtigheid, die uit geloof is; doch Israël, hoewel het een wet ter gerechtigheid najaagde, is aan de wet niet toegekomen. Waarom niet? Omdat het hierbij niet uitging van geloof, maar van vermeende werken. Zij hebben zich gestoten aan de steen des aanstoots, gelijk geschreven staat: Zie, Ik leg in Sion een steen des aanstoots en een rots der ergernis, en wie op hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen. Romeinen 9:30‭-‬33 NBG51

Wij heidenen ontvingen het Woord met blijdschap. In het begin van Handelingen waren het de Joden die tot geloof kwamen. Er was een enorme opwekking aan de gang in Israël als je Handelingen leest. Er kwamen veel Joden tot geloof en later bleek, ook de heidenen. Het Joodse volk wilde via de wet der gerechtigheid rechtvaardig worden. Alleen de wet kan niet rechtvaardigen. Je oog moet gericht zijn op het einddoel van de wet. Als jij jouw eigen verlossing wil maken zonder Jezus ben je net zoals de Joden die een wet najaagde tot gerechtigheid. Je kan er al je eigen energie in steken maar het is in Gods ogen volkomen waardeloos. Maar wie zijn geloof op Hem bouwt die zal niet beschaamd uitkomen. Dit omdat wij de eeuwigheid te winnen hebben of te verliezen en die eeuwigheid kan alleen gewonnen worden door het geloof in Jezus. Voor mensen die niet geloven is Jezus helaas een steen des aanstoots. 


Broeders, de begeerte mijns harten en mijn gebed over hun behoud gaan tot God uit. Want ik getuig van hen, dat zij ijver voor God bezitten, maar zonder verstand. Want onbekend met Gods gerechtigheid en trachtende hun eigen gerechtigheid te doen gelden, hebben zij zich aan de gerechtigheid Gods niet onderworpen. Want Christus is het einde der wet, tot gerechtigheid voor een ieder, die gelooft. Want Mozes schrijft: De mens, die de gerechtigheid naar de wet doet, zal daardoor leven. Maar de gerechtigheid uit het geloof spreekt aldus: Zeg niet in uw hart: Wie zal ten hemel opklimmen? namelijk om Christus te doen afdalen; of: Wie zal in de afgrond nederdalen? namelijk om Christus uit de doden te doen opkomen. Maar wat zegt zij? Nabij u is het woord, in uw mond en in uw hart, namelijk het woord des geloofs, dat wij prediken. Want indien gij met uw mond belijdt, dat Jezus Heer is, en met uw hart gelooft, dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult gij behouden worden; want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot behoudenis. Immers het schriftwoord zegt: Al wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen. Want er is geen onderscheid tussen Jood en Griek. Immers, één en dezelfde is Heer over allen, rijk voor allen, die Hem aanroepen; want: al wie de naam des Heren aanroept, zal behouden worden. Hoe zullen zij dan Hem aanroepen, in wie zij niet geloofd hebben? Hoe geloven in Hem, van wie zij niet gehoord hebben? Hoe horen zonder prediker? En hoe zal men prediken zonder gezonden te zijn? Gelijk geschreven staat: Hoe liefelijk zijn de voeten van hen, die een goede boodschap brengen. Maar niet allen hebben aan het evangelie gehoor gegeven. Want Jesaja zegt: Here, wie heeft geloofd wat hij van ons hoorde? Zo is dan het geloof uit het horen, en het horen door het woord van Christus. Maar ik vraag: hebben zij het dan niet gehoord? Zeer zeker: Over de ganse aarde is hun geluid uitgegaan en tot de einden der wereld hun woorden. Maar ik vraag: heeft Israël het dan niet verstaan? Vooreerst zegt Mozes: Ik zal u naijverig maken op wat geen volk is, toornig op een onverstandig volk. En Jesaja waagt het te zeggen: Ik ben gevonden door wie Mij niet zochten, Ik ben openbaar geworden aan wie naar Mij niet vroegen. Maar van Israël zegt hij: De ganse dag heb Ik mijn handen uitgestrekt naar een ongehoorzaam en tegensprekend volk. Romeinen 10:1‭-‬21 NBG51

Je leest in dit stuk van Romeinen dat Jezus het einddoel der wet is. Hij is de enige die de wet volkomen kon volbrengen. Hij is volmaakt. De hogepriester moest een offer brengen voor zijn zonde en mocht 1 keer per jaar het heilige der heiligen binnenkomen. Jezus gaf zichzelf tot een offer. Zoals Abraham zei tegen Izak, God zal zichzelf in een lam voorzien, Genesis 22:8. Lees hier ook, dat je behouden bent als je in Jezus gelooft met je hart, dus bekeert bent, wederom geboren. In Christus is er geen verschil tussen de Jood en de Griek maar wel tussen Israël en de rest van de landen. De volken zullen geoordeeld worden naar wat zij gedaan hebben aan de minste van Zijn broeders en wat ze met Zijn land hebben gedaan. 


Er staat in dit stuk van Romeinen 10 ook in vers 14 een vraag. Hoe zullen zij Hem aanroepen in Wie zij niet geloven? Hoe horen zonder dat iemand predikt? Dat houdt dus in dat je het Woord mag prediken tegen hen. Gelukkig zijn er mensen die dit doen. Laat je niet verblinden dat hun ogen en oren bedekt zijn. Dat is waar maar dat moet ons er niet van weerhouden om hen de waarheid te prediken. Paulus is toch ook een Israëliet? Amir Tsarfati toch ook? En zo zijn er velen. Als je het einde van hoofdstuk 10 leest dan lijkt het een hopeloze zaak. God stuurde Zijn profeten naar het volk. En als laatste stuurde Hij Zijn Zoon (Lucas 20:9-19). Ook hier is het weer goed om verder te lezen in dezelfde brief van Paulus. 


Ik zeg dan: Heeft God Zijn volk verstoten? Volstrekt niet! Ik ben immers ook een Israëliet, uit het nageslacht van Abraham, van de stam Benjamin. God heeft Zijn volk, dat Hij van tevoren kende, niet verstoten. Of weet u niet wat de Schrift zegt in de geschiedenis van Elia, hoe hij God aanspreekt over Israël en zegt: Heere, Uw profeten hebben zij gedood en Uw altaren afgebroken, en ik ben alleen overgebleven. Ook staan zij mij naar het leven. Maar wat zegt het Goddelijk antwoord tegen hem? Ik heb voor Mijzelf nog zevenduizend mannen overgelaten, die de knie voor het beeld van Baäl niet gebogen hebben. Zo is er dan ook in deze tegenwoordige tijd een overblijfsel ontstaan, overeenkomstig de verkiezing van de genade. Maar als het door genade is, is het niet meer uit de werken, anders is genade geen genade meer. En als het uit de werken is, is het geen genade meer, anders is het werk geen werk meer. Wat dan? Wat Israël zoekt, dat heeft het niet verkregen, maar het uitverkoren deel heeft het verkregen en de anderen zijn verhard, zoals geschreven staat: God heeft hun een geest van diepe slaap gegeven, ogen om niet te zien en oren om niet te horen, tot op de dag van heden. En David zegt: Laat hun tafel voor hen worden tot een strik, tot een valkuil, tot een struikelblok en tot vergelding. Laat hun ogen verduisterd worden, zodat zij niet zien en maak hun rug voor altijd krom. Ik zeg dan: Zijn zij soms gestruikeld met de bedoeling dat zij vallen zouden? Volstrekt niet! Door hun val echter is de zaligheid tot de heidenen gekomen om hen tot jaloersheid te verwekken. Als dan hun val voor de wereld rijkdom betekent en hun verlies rijkdom voor de heidenen, hoeveel te meer hun volheid! Romeinen 11:1‭-‬12 HSV 

God heeft Zijn volk niet verstoten, Paulus is daar het levende voorbeeld van in Zijn tijd en met hem vele Joden die tot geloof zijn gekomen. Ook in deze tijd geldt dat God Zijn volk niet verstoten heeft. Als je kijkt naar de geschiedenis van Israël vanaf 1948 dan zijn daar zoveel wonderen gebeurd dat dat niet toegeschreven kan worden aan menselijke inspanningen. Ook in de tijd van Elia leek hij de enige maar God legt uit aan Elia dat er nog steeds een groep is te midden van al die afgoderij, een groep die de Heer trouw is. En ook nu zal er een deel overblijven die die verschrikkelijke benauwdheid zullen overleven (Zacharia 13:7-9).


Paulus schrijft ook in bovenstaand stuk uit Romeinen 11 dat het naar genade is en niet naar werken. Het Judaïsme van vandaag en de Joden in die tijd probeerden een eigen gerechtigheid te maken door het volgen van de wet maar dat was onmogelijk voor hen om dit te volbrengen. Je leest hier dat er verhard wordt gezegd dat gaat over de Joden die Jezus afwijzen. Nogmaals dat is geen reden om het evangelie niet aan hen te verkondigen. Want hoe weet je anders of iemand het Woord met blijdschap wil ontvangen of het afwijst? Paulus ging altijd in elke plaats naar de synagoge om daar de Joden vanuit de schriften uit te leggen dat Jezus de Christus is. Dit wat Paulus hier schrijft in hoofdstuk 11 weerhield hem er niet van de Joden het goede nieuws te brengen. Dus waarom ons wel? 


Vers 11 en 12 van Romeinen 11 geven een hoopvol beeld. Zij zijn niet gestruikeld, de Joden, met de bedoeling dat zij vallen zouden. Maar kijk eens wat hun afwijzing de wereld gebracht heeft. Een hoopvolle boodschap door Jezus die de Christus is. Een eeuwige verzoening met God onze Vader. Het eeuwige leven. Als wij sterven worden wij verenigd met Hem. Ik kan nog wel even doorgaan maar het is soms goed om te beseffen wat je allemaal ontvangen hebt uit genade alleen, niet uit werken. Jezus is de belofte van God voor de mens, het zaad van de vrouw zoals in Genesis staat dat de kop zal vermorzelen van de slang. En nu zie je je broeder vallen en denk je laat maar liggen hij heeft zijn beste tijd gehad, ik neem zijn plaats in. Dat is vervangingstheologie. In vers 11 is er een opdracht. Wij mogen hen, de Joden, tot jaloersheid verwekken. De geschiedenis leert dat dit niet echt gelukt is en dan druk ik dat heel erg zacht uit. Er zijn gelukkig veel christenen die dit wel snappen en ook in de dagelijkse praktijk brengen. 


Dit betekent niet dat Israël op een voetstuk gezet moet en mag worden. De Here Jezus is onze Koning en Hij moet op de 1e plaats staan in ons leven. Dagelijks mogen we meer en meer op Hem gelijken. En dus ook op Zijn karakter voor Zijn volk. Jezus heeft Zijn volk lief en diezelfde liefde zit in ons hart (Romeinen 5:5). 


Hoofdstuk 11 eindigt met de volheid van de Joden en wat dat betekent voor de heidenen. Dat betekent een hele hoop. Ik heb al de tekst aangehaald dat Jezus zegt dat ze Hem niet meer zouden zien totdat ze roepen, Gezegend is Hij die komt in de Naam des Heren. Jezus komt terug naar deze aarde. Als je wedergeboren bent doordat je je hart aan de Here Jezus hebt gegeven ben je behouden van de toorn die God over deze aarde zal laten gaan. Ik kan hier nu niet teveel hierop ingaan maar lees vooral mijn post over de opname van de Gemeente. Wij worden behouden van de toorn die over deze aarde komen zal. Jezus komt terug om oorlog te voeren tegen de antichrist en de valse profeet en zijn hele leger en Jezus zal overwinnen (Openbaring 19:11-21).


De antichrist zal zichzelf neerzetten in Jeruzalem en in de 3e tempel om te laten zien aan iedereen dat hij god is en aanbeden moet worden. Jezus komt dus terug maar voor wie? Hij komt terug voor Zijn volk, Hij komt terug voor Israël en voor diegene die dan nog leven en in Hem geloven. Hij komt ook terug voor de anderen om hen te oordelen. En het oordeel is dan wat ze aan de minste van Zijn broeders hebben gedaan. En als je dan het teken van de antichrist draagt en de antichrist zal velen vermoorden hoe denk je dan het 1000 jarig vrederijk binnen te gaan?


In Openbaring 20 lezen we over het 1000 jarig vrederijk. Christus zal dan regeren over de ganse aarde en velen met Hem. Waaruit zullen zij regeren? Vanuit Jeruzalem. Dit is de volheid waar Paulus over spreekt in Romeinen 11 vers 12. De discipelen vroegen Jezus in Handelingen het volgende:


Zij dan die samengekomen waren, vroegen Hem: Heere, zult U in deze tijd voor Israël het Koninkrijk weer herstellen? En Hij zei tegen hen: Het komt u niet toe de tijden of gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft, maar u zult de kracht van de Heilige Geest ontvangen, Die over u komen zal; en u zult Mijn getuigen zijn, zowel in Jeruzalem als in heel Judea en Samaria en tot aan het uiterste van de aarde. Handelingen 1:6‭-‬8 HSV

Het Koninkrijk van Israël zal weer hersteld worden en volledig in de handen komen van Jezus en zijn dienstknechten. Israël zal het hoofd van de natiën worden in dat 1000 jarig vrederijk. Jezus regeert vanuit Jeruzalem in dat prachtige rijk. Kun je je bedenken wat dat is? Dat 1000 jaar lang Jezus regeert? Dat de duivel geen macht meer heeft omdat hij gebonden is. De kennis van de Heer zal regeren over de ganse aarde. Wat een prachtige tijd zal dat zijn en wat zal het volk van God groeien die 1000 jaar. 


Want tegen u, de heidenen, zeg ik: Voor zover ik de apostel van de heidenen ben, maak ik mijn bediening heerlijk, om daardoor zo mogelijk mijn verwanten wat betreft het vlees tot jaloersheid te verwekken en enigen uit hen te behouden. Want als hun verwerping verzoening voor de wereld betekent, wat betekent dan hun aanneming anders dan leven uit de doden? Romeinen 11:13‭-‬15 HSV

Paulus richt zich in de gemeente van de Romeinen die uit Joden en heidenen bestaat nu specifiek tot de heidenen. Hier zie je weer het hartsverlangen van Paulus om enigen tot jaloersheid te verwekken om zo enige te behouden. Al was het er maar 1 dan weet ik zeker dat Paulus al die moeite nog zou doen. Hoe staat met het ons hart? Als je niets met Israël hebt hoe kun je dat dan naast deze teksten van Paulus leggen? Als je Israël openlijk bekritiseert zoals de wereld dat doet zou dat hetgeen zijn wat er van je gevraagd wordt? Laten we het eens omdraaien. Wat als Israël openlijk de christenen zou aanklagen en zou vervolgen? Wat zou je daarvan vinden? Maar dat doet Israël niet en toch is er vanuit vele christenen haat naar Israël. Ik kan wel zeggen kritiek maar het is haat wat de wortel van de kritiek is.  


En als de eerstelingen heilig zijn, dan het deeg ook, en als de wortel heilig is, dan de takken ook. Als nu enige van die takken afgerukt zijn, en u, die een wilde olijfboom bent, in hun plaats bent geënt en mede deel hebt gekregen aan de wortel en de vettigheid van de olijfboom, beroem u dan niet tegenover de takken. En als u zich beroemt: U draagt de wortel niet, maar de wortel u. U zult dan zeggen: De takken zijn afgerukt, opdat ik zou worden geënt. Dat is waar. Door ongeloof zijn zij afgerukt en u staat door het geloof. Heb geen hoge dunk van uzelf, maar vrees. Romeinen 11:16‭-‬20 HSV

Heb geen hoge dunk van uzelf staat hier. Dus als je dan zegt dat de kerk is in plaats van Israël dan zeg je dus eigenlijk zij hebben afgedaan wij zijn nu het volk. Dat is jezelf verheffen tot een plaats die de kerk niet toebehoort. Het is hoogmoed en als je jezelf op een voetstuk zet is daar onze Heer die je daar hard vanaf laat vallen. Bedenk dat de wortel ons draagt. We zijn geënt door genade alleen omdat de Vader de wereld lief had stuurde Hij Zijn eniggeboren Zoon. 


Want als God de natuurlijke takken niet gespaard heeft, dan is het ook mogelijk dat Hij u niet spaart. Zie dan de goedertierenheid en de strengheid van God: strengheid over hen die gevallen zijn, over u echter goedertierenheid, als u in de goedertierenheid blijft. Anders zult ook u afgehouwen worden. Romeinen 11:21‭-‬22 HSV

Zeg dus niet zoals de Joden wij zijn Abrahams nageslacht. Diezelfde hartsgesteldheid zie je in de gemeente van Christus. Ook daar zijn Schriftgeleerden en Farizeeën. Zij leggen de mensen lasten op die ze niet kunnen dragen en maken ze volgelingen van hen en niet van Christus. Het is dus mogelijk dat je in je hoogmoed afgehouwen wordt net zoals de ongelovige Joden. Geloven in de vervangingstheologie is spelen met vuur. Over ons goedertierenheid. Als God ze weder zal enten en God Zijn beloftes gestand houdt zouden wij dan niet goedertierenheid moeten bewijzen aan hen van Gods volk? Om daardoor Paulus zijn verwanten wat betreft het vlees tot jaloersheid te verwekken (Romeinen 11:14) 


En ook zij zullen, als zij niet in het ongeloof blijven, geënt worden, want God is machtig hen opnieuw te enten. Want als u afgehouwen bent uit de olijfboom die van nature wild was, en tegen de natuur in op de tamme olijfboom geënt bent, hoeveel te meer zullen zij die natuurlijke takken zijn, geënt worden op hun eigen olijfboom. Want ik wil niet, broeders, dat u geen weet hebt van dit geheimenis (opdat u niet wijs zou zijn in eigen oog), dat er voor een deel verharding over Israël is gekomen, totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan. En zo zal heel Israël zalig worden, zoals geschreven staat: De Verlosser zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob. En dit is het verbond van Mij met hen, wanneer Ik hun zonden zal wegnemen. Romeinen 11:23‭-‬27 HSV

God kan hen dus opnieuw enten als ze niet in hun ongeloof blijven. Romeinen 10:14 vraagt ons hoe ze Hem moeten aanroepen in Wie zij niet geloven. Hoe zullen zij horen zonder prediker? Dus breng ook de Joden het evangelie net zoals de heidenen. Ze kunnen geënt worden. Wij zijn niet de natuurlijke takken en als die al geënt kunnen worden dan helemaal de natuurlijke takken. Er zal dat derde deel zijn aan het einde dat tot inzicht zal komen en zal zien op Hem die zij doorstoken hebben. Maar tot die tijd hoop ik en ik hoop jij met mij dat er zoveel mogelijk van de Joden tot geloof mogen komen in Jezus de Messias. 


Er staat hier ook over de volheid der heidenen. In het evangelie van Lukas staat hier het volgende over:


En zij zullen vallen door de scherpte van het zwaard en in gevangenschap weggevoerd worden onder alle heidenen. En Jeruzalem zal door de heidenen vertrapt worden, totdat de tijden van de heidenen vervuld zullen zijn. Lukas 21:24 HSV

Als Jezus terugkomt en afrekent met de antichrist en de valse profeet zal de tijden van de heidenen vervuld zijn. Jeruzalem zal niet meer vertrapt worden. En dan start het duizendjarig vrederijk en zal heel Israël zalig worden. De verlosser, Jezus, zal dus inderdaad uit Sion komen. Hij komt terug op de Olijfberg niet ergens anders. Daar komt Hij terug en er zal een rivier ontstaan en de dode zee zal weer tot leven komen. Er komt een koningschap vanuit Israël dat pas eindigt met de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. God zal de Joden een nieuw hart geven en Zij zullen Hem aannemen tot hun Ware Messias. Wat een heerlijke toekomst. 


Zij zijn weliswaar wat het Evangelie betreft vijanden vanwege u, maar wat de verkiezing betreft geliefden vanwege de vaderen. Want de genadegaven en de roeping van God zijn onberouwelijk. Zoals ook u immers voorheen God ongehoorzaam was, maar nu ontferming verkregen hebt door hun ongehoorzaamheid, zo zijn ook zij nu ongehoorzaam geworden, opdat ook zij door de ontferming die u bewezen is, ontferming zouden verkrijgen. Want God heeft hen allen in hun ongehoorzaamheid opgesloten om Zich over allen te ontfermen. Romeinen 11:28‭-‬32 HSV

Hier staat de genadegaven en de roeping van God onberouwelijk zijn. Wat Gods kiest blijft gekozen. Dus als Hij zegt dat gans Israël behouden zal worden dan zal dat ook zo zijn. Ook hieruit blijkt dat een in plaats van leer vals is en ook gevaarlijk. Als God dat kan doen bij hen dan ook bij ons en God is altijd te vertrouwen. Wij waren God ongehoorzaam en wandelden allemaal naar onze eigen weg. Maar God bewees ons ontferming. Dat zal Hij doen bij Zijn volk en als Hij dat doet waarom wij dan niet? God is rechtvaardig ook in zijn gericht. Het doet mijzelf veel als ik de tekst lees die ik aanhaalde die in Zacharia staat over dat 2 derde deel. 


Maar nogmaals God is rechtvaardig. Ook bij de heidenen neemt niet iedereen het Woord aan. Zie Mattheüs 13:18-23. Ook daar valt het zaad bij 25% in goede grond bij de rest niet. God geeft ons een vrije wil om voor Hem of tegen Hem te kiezen. Dat geldt ook voor de Joden. Kies je voor de wet en de overleveringen en de religie? Of kies je zoals Mozes voor Jezus zelf die met hem op de berg was? Die met hem in de tabernakel was? God zal Israël in het vuur brengen omdat hun hart verhard is en om hen weer bij Hem terug te brengen. 


In het klein is dat ook niet voor ons zo? Is het zonder lijden niet heel makkelijk als alles goed gaat het zaad te laten verstikken? Word je niet aardser en kijk je naar het hier en nu? Moeilijkheden en lijden zijn nodig om ons soms terug te brengen bij God als wij afwijken van Zijn weg, maar het is ook voor ons om ons dichter bij Gods vaderhart te krijgen. Door het lijden heen gaan wij steeds meer gelijken op hem.


Israël is dus gekozen om God bekend te maken op de aarde. Zij zijn geroepen om Hem te dienen. Ze hebben Hem verworpen maar niet allemaal en God heeft hen niet verworpen. Zijn roeping is onberouwelijk. En het is die hartsgesteldheid die ook in ons is als wij de liefde Gods die in onze harten is uitgestort de vrije ruimte geven. Israël zal het hoofd van de natiën worden in het 1000 jarig vrederijk waar Jezus zal tronen en over de ganse aarde zal regeren. De Joden zullen zien op wie zij doorstoken hebben en over hem rouwklagen. Zij zullen Hem aannemen als hun Messias. Wat heerlijk zal dat zijn. Er zal een tijd komen dat de kennis des Heren over de ganse aarde zal gaan. En daarin speelt Israël een hoofdrol. We zullen optrekken naar Jeruzalem om het Loofhuttenfeest te vieren. 


Wij zijn een koninklijk priesterschap, een heilige natie om hen, Gods volk, jaloers te maken en hen lief te hebben en hun goedertierenheid te bewijzen. God is groot en Hij komt tot zijn doel wat er ook gebeurt.


O, diepte van rijkdom, zowel van wijsheid als van kennis van God, hoe ondoorgrondelijk zijn Zijn oordelen en onnaspeurlijk Zijn wegen! Want wie heeft de gedachten van de Heere gekend? Of wie is Zijn raadsman geweest? Of wie heeft Hem eerst iets gegeven en het zal hem vergolden worden? Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen. Romeinen 11:33‭-‬36 HSV

Amen kom spoedig Heer Jezus. 




Kommentare


Blijf op de hoogte

Volg Schat in aarden vaten

Blijf op de hoogte van nieuws en blogs via Telegram, het WhatsApp kanaal of via Twitter. 

bottom of page