U zult de Naam van de HEERE, uw God, niet ijdel gebruiken, want de HEERE zal niet voor onschuldig houden wie Zijn Naam ijdel gebruikt. Exodus 20:7 HSV
Zijn Naam niet ijdel gebruiken. Het is 1 van de tien geboden, het toont aan hoe belangrijk het is. In Deuteronomium 5:11 benoemt Mozes dit gebod nogmaals. In de voorgaande verzen van Deuteronomium 5 gaat het over afgoderij. Iemand die afgoderij pleegt en met zijn lippen God prijst gebruikt Zijn Naam ijdel. Het is niet voor niets dat God hier een hekel aan heeft, er is geen enkele ruimte voor vermenging. In de tijd van Jesaja werd Zijn Naam ook ijdel gebruikt. Er werd geofferd en gebeden maar het was Hem een gruwel (Jesaja 1:11-15).
Er zijn meer voorbeelden van het gebruiken van Zijn Naam voor ijdelheid. Het woord ijdel heeft vele betekenissen. Een van de betekenissen is dat je jezelf goed en mooi vindt. Andere betekenissen zijn: behaagziek, ik-zuchtig, gevoelig voor vleierij, met zichzelf ingenomen en spottend. In de HSV staat er misbruik bij. Vaak wordt er gedacht aan vloeken en dat is 1 van de betekenissen. Je spot met de Naam van God. Maar het gaat nog verder dan alleen dat. Wie Gods Naam ijdel gebruikt, gebruikt deze voor eigen gewin en om mee te vlijen. Paulus had hier ook mee te maken en 1 voorbeeld wil ik uitlichten:
En het gebeurde toen wij naar de plaats van het gebed gingen, dat een zekere slavin die een waarzeggende geest had, ons tegemoetkwam. Zij verschafte haar meesters veel inkomsten met waarzeggen. Zij liep achter Paulus en ons aan en riep voortdurend: Deze mensen zijn dienstknechten van God, de Allerhoogste, die ons een weg naar de zaligheid verkondigen. En dat deed zij vele dagen lang. Maar Paulus, die zich daaraan ergerde, keerde zich om en zei tegen de geest: Ik gebied u in de Naam van Jezus Christus uit haar weg te gaan! En hij ging op hetzelfde moment uit haar weg. Handelingen 16: 16-18 HSV
Een waarzeggende geest die “evangeliseert”. Mensen gebruiken Zijn Naam niet alleen ijdel, boze geesten doen het ook (Mattheüs 4:6). Je ziet dus iemand met een waarzeggende geest, wat niet hetzelfde is als profetie, woorden kan spreken die heel mooi lijken, maar ze zijn het niet. De vrucht ervan is ergernis. Dat is voor ons een belangrijk teken. Als je merkt bij mensen als zij spreken dat er ergernis is, dan moet je waakzaam zijn. Het kan zijn dat je je ergert uit jaloezie, dan is er bij jezelf iets mis. Maar als dat het niet is en je merkt van binnen een ergernis dan is het belangrijk om op te letten. Je hebt dan met iets te maken wat niet goed is, een macht, een vrome geest.
Of hij zich ergerde kan ik niet opmaken uit het volgende Bijbelgedeelte, maar het is wel een mooi voorbeeld. In 2 Kronieken 18 staat het verhaal over het verbond tussen Josafat en Achab. Josafat was rijk en dat maakte dat hij foute keuzes maakte. Hij ging huwelijksbanden aan met een koning die getrouwd was met het kwaad zelve, Izebel. Kinderen werden geofferd. Ze gingen door het vuur. En van deze koning zei Josafat: “Ik ben als u, mijn volk is als uw volk: wij gaan met u mee in de strijd” (2 Kronieken 18:3). De koning roept 400 profeten en ze zeggen allemaal hetzelfde:
Toen riep de koning van Israël de profeten bijeen, vierhonderd man, en zei tegen hen: Zullen wij tegen Ramoth in Gilead ten strijde trekken, of zal ik ervan afzien? Zij zeiden: Trek op, want God zal hen in de hand van de koning geven. 2 Kronieken 18:5 HSV
Maar Josafat voelt dat er iets niet klopt en hij vraagt om nog een profeet van de HEERE en die komt. Micha spreekt en hij spreekt de woorden van God uit de Geest van God. En de vrucht hiervan is een enorme haat:
Welnu, zie, de HEERE heeft een leugengeest in de mond van deze profeten van u gegeven, en de HEERE heeft onheil over u uitgesproken. Toen kwam Zedekia, de zoon van Kenaäna, naar voren. Hij sloeg Micha op zijn kaak, en zei: Langs welke weg is de Geest van de HEERE van mij weggegaan om tot u te spreken? En Micha zei: Zie, u zult het zien, op de dag waarop u van kamer naar kamer gaat om u te verbergen. 2 Kronieken 18:22-24 HSV
Micha komt in de gevangenis terecht. Een profeet zijn van de HEERE is een lastige taak, het is zwaar en het vraagt alles, soms zelf het leven, maar het is wel waard. Zedekia had niet meer de Geest van de HEERE, hij had een leugengeest in zich. En daardoor gebruikte hij Gods Naam ijdel. Ook nu is dezelfde geest aanwezig, ook na de dood en opstanding van de Here Jezus. In de gemeente kan nog steeds profetie aanwezig zijn. Alleen je moet ten alle tijden waken wat er uitgesproken wordt. Er zijn mensen die profetiën uitspreken met als doel je onder een geestelijke macht te krijgen of te houden. Het doel hiervan is je afbrengen van de Here Jezus. Josafat kwam bijna om (2 Kronieken 18:31), hij kreeg een vermaning (2 Kronieken 19:2). Hij zette Jehu niet gevangen zoals Achab bij Micha. Josafat bekeerde zich (2 Kronieken 19:6-7).
Jezus kan niets met ijdelheid. Hij wijst dit keihard af (Mattheüs 7:21-22). Of je Zijn Naam ijdel gebruikt of niet staat of valt met jouw hartsgesteldheid. Josafat ging de fout in, maar God zag zijn hart en Josafat kwam niet om. Wij leven om Zijn Naam te verhogen niet om Zijn Naam ijdel te gebruiken. Paulus schrijft dit heel mooi.
Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven. Galaten 2:20
Wij leven niet meer maar Christus in ons. Paulus onderwierp zich volkomen aan de Zoon van God. Daarom ook dat hij zegt dat hij door het geloof in de Zoon van God leeft. Hij leeft niet meer uit zijn vlees. De vrucht van het vlees is niet veel goeds. In Galaten 5:20 beschrijft Paulus een belangrijk element van de werken van het vlees en dat is toverij. Wie Gods Naam ijdel gebruikt doet om zichzelf te verhogen en misbruik te maken van Zijn Naam. En dan is dat vanuit het Woord van God. Niet dat het Woord zondig is maar de mens en vanuit zijn vlees gebruikt hij het Woord om mensen te manipuleren en daarmee te betoveren.
Onderscheid is nodig en Jezus heeft ons niet als wezen achter gelaten. Hij waakt over de kudde door de Heilige Geest. Laten wij on hart volkomen richten op de voleinder van ons geloof, Jezus Gods Zoon. Dan prijs je de Zoon in geest en waarheid. Dan gebruik je Zijn Naam niet ijdel, je verhoogt Zijn Naam. En Hem komt alle eer toe, onze Verlosser die alles opgaf voor ons. We zijn Zijn eigendom in dit leven en tot in eeuwigheid. Verhoog Zijn Naam, want Hij is het waard. Eer aan de Vader, eer aan de Zoon.
Comments