Alles moet te verklaren zijn
- Schat in een aarden vat
- 27 apr
- 4 minuten om te lezen
En in het voorbijgaan zag Hij iemand die blind was van de geboorte af. En Zijn discipelen vroegen Hem: Rabbi, wie heeft er gezondigd, hij of zijn ouders, dat hij blind geboren zou worden? Johannes 9:1-2 HSV
Als er iets gebeurt willen mensen altijd een verklaring hebben. Er moet een reden zijn waarom iets gebeurt of niet. Als ellende je treft dan moet er wel een reden zijn, er moet zonde zijn. Of als je ziek bent en voor je laat bidden en niet geneest, dan heb je niet genoeg geloof. Een andere variant die geleerd wordt is, je hebt wel geloof, maar je hebt niet gelooft dat je het al ontvangen hebt. Kunnen wij ook accepteren dat we geen verklaring krijgen? Dat we geen antwoord krijgen op de reden, op de vraag waarom?
Dit verhaal uit het Johannes Evangelie is een prachtig verhaal omdat het uitlegt wat het allerbelangrijkste is voor ons mensen. Jezus zegt in vers 3 waarom deze man blind is. Kennelijk hadden zijn ouders en hijzelf niet gezondigd. Wij zijn allemaal geboren in zonde, we zijn allemaal zondige mensen. En toch was er geen zonde bij deze mensen die de oorzaak waren van de blindheid. Als ouders zullen zij wellicht zichzelf ook de vraag gesteld hebben: Waarom? Jezus zegt in vers 3 dat de werken van God openbaar zouden worden in deze man.
De man werd ziende nadat hij zich gewassen had (vers 11). En toen werd er een volgend werk van God in Hem zichtbaar. Hij werd samen met zijn ouders voor de Farizeeƫn gebracht. Zijn ouders waren bevreesd (vers 22), maar de man die weer kon zien, niet. Hij stond en hij onderwees hen, en hoe. De man antwoordde en zei tegen hen:
Er is toch iets wonderlijks in dat u niet weet waar Hij vandaan komt en dat Hij wel mijn ogen geopend heeft. En wij weten dat God niet naar zondaars luistert, maar als iemand godvrezend is en Zijn wil doet, naar hem hoort Hij. Door de eeuwen heen is het niet gehoord dat iemand de ogen van een blindgeborene geopend heeft. Als Deze niet van God was, zou Hij niets kunnen doen. āāJohannes⬠ā9ā¬:ā30ā¬-ā33⬠āHSVā¬ā¬
Iemand die God vreest en Zijn wil doet. Daar wordt naar geluisterd. Deze jongeman luisterde naar Jezus en gaf Hem de eer. Hij werd ziende en hij vreesde God. Deze man werd uitgescholden (vers 28) maar hij vergeldt geen kwaad met kwaad. Hij ging niet onder de macht van manipulatie en intimidatie zitten van deze Farizeeƫn. Dan ben je tot zegen. Daar, voor deze Farizeeƫn, die deze man uitscholden, werd Gods Naam verheerlijkt. Hij werd verbannen uit de synagoge, hij werd verbannen uit het sociale leven. En volgens de Farizeeƫn was deze man geheel in zonde geboren, maar dat was niet de oorzaak van zijn blindheid. De Farizeeƫn stelden zich boven de Zoon van God en waren kennelijk zonder zonde. Zij waren kennelijk niet in zonde geboren.
Hoe anders is Jezus. Hij zocht deze man op (vers 35). En Jezus vraagt Hem of hij in de Zoon van God gelooft. De man vraagt wie de Zoon van God is. Jezus openbaart zich aan deze man en nu ziet hij werkelijk volkomen. Zijn antwoord is prachtig: Ik geloof, Heere! En hij aanbidt Jezus. Waar deze man werd genezen en een kind van God werd, bleef de zonde op de Farizeeƫn (vers 41). Ze waren dus niet zonder zonde. Jezus brengt in het licht wat duisternis is. Deze man vond niet alleen zijn fysieke zicht, hij vond de Zoon van God, Het mooiste wat je kunt vinden. De werken van God werden in hem openbaar.
Deze man was jaren blind. Waarom? Omdat Gods werken in hem openbaar moesten worden. Deze man had ziende geboren kunnen worden. Had hij Jezus dan gevonden? Als je jaren moet bedelen en blind bent is dat een vernedering. Je bent uitgesloten van het sociale leven. Je bent volledig afhankelijk van de barmhartigheid van anderen. Job raakte alles kwijt. Het leek allemaal zo onrechtvaardig en dat is de boze ook. Maar wat zegt Job tegen God? Ik heb dingen verkondigd die ik niet begreep. Hij had berouw in stof en as. Hij leerde God veel beter kennen (Job 42:1-6).
Wij lezen in Gods Woord het einde van deze blindgeborene en van Job. Maar misschien hebben wij het antwoord niet op het leed in ons leven of in het leven van onze kinderen. Misschien is er sterfte of ziekte, of ander leed en verdriet. Als dat met zonde te maken heeft openbaart Hij dat aan ons door de Heilige Geest. En als wij onze zonden belijden is Hij getrouw om deze te vergeven, zo is Hij. Maar niet alles heeft met zonde te maken, niet alles is te verklaren. Geloven wij Hem ook als Hij ons niet het antwoord geeft op de vraag: waarom? Vertrouwen wij Hem die volkomen te vertrouwen is? In het prachtige lied, Wat de toekomst brenge moge, zit die ene zin: Leer mij volgen zonder vragen, Vader wat Gij doet is goed. Leer mij slechts het heden dragen met een rustig kalme moed.
Jezus is volkomen te vertrouwen. Dat vertrouwen beschaamd Hij nooit. Wij willen alles verklaren om zelf de controle en de regie in handen te houden. Maar is de regie over ons leven niet in veel betere handen als het in de Handen ligt van onze Heer en Heiland? Is die verklaring, dat Hij alles waard is ondanks de omstandigheden, genoeg voor ons? Als we dat niet accepteren gaan we zelf een verklaring zoeken en die is vrijwel zeker niet de juiste, net zoals bij de discipelen. Er komt een dag dat alles openbaar zal worden en dan zullen wij Jezus dankbaar zijn voor de verhoorde en onverhoorde gebeden. En misschien nog wel het meest voor de onverhoorde gebeden.
Comments